Uit: 2001, USA
Regie: Ridley Scott (Gladiator)
Met: Anthony Hopkins, Julianne Moore, Gary Oldman, Ray Liotta
In ruil voor haar zielenleven kreeg FBI agent Clarice Starling zo'n tien jaar geleden inzicht in de denkpatronen van een seriemoordenaar. De voortvluchtige seriemoordenaar, Buffalo Bill, wordt uiteindelijk gestopt maar de indruk die de informant achterlaat op Starling en het publiek is onuitwisbaar. We hebben het natuurlijk over Dr. Hannibal Lecter gespeeld door Anthony Hopkins, hersenspinsel van schrijver Thomas Harris. Deze laatste kon het niet laten om zijn succescreatie te kannibaliseren door het schrijven van een derde Lecter roman speciaal voor de verfilming daarvan. Het ongekende succes van The Silence of the Lambs smaakte naar meer en dat is meestal een ethisch minder verantwoorde drijfveer. Maar in dit geval, waarbij Ridley Scott het roer van Jonathan Demme -die zo niet zijn vingers hoefde te branden aan het maken van een waardig vervolg- overnam, is het gelukt om een prachtige sequel te maken.
Hannibal the Cannibal houdt zich al een aantal jaar gedeisd in het relatief veilige Florence (Italië) en Starling houdt zich met moeite op de been in het bureaucratische systeem dat zich ook terecht The Bureau noemt, de FBI. Hannibal en Clarice komen weer in een baan van frontale impact terecht wanneer het enig overlevende slachtoffer (probeer eens erachter te komen wie deze speelt voor de aftiteling in beeld komt) van Hannibal, Starling op het spoor van de kannibaal zet. Lecter zet vanaf dat moment veel op het spel om weer in contact te komen met Clarice en treedt daarvoor zoals gezegd terug uit zijn pensioen. Op ontroerende en tegelijk schokkende wijze wordt door Scott, Hopkins (die de geniale gek natuurlijk weer uit zijn mouw schudt) en Julianne Moore (die een uitstekende stand-in is voor de afwezige Jodie Foster) de merkwaardige fascinatie van Hannibal voor Clarice en vice versa verder uitgediept tot een liefdesgeschiedenis of familiedrama (wanneer je van mening bent dat Lecter slechts vaderlijke gevoelens heeft voor Clarice) met een zieke twist. Het boek is voor een groot deel niet gevolgd en Hannibal is in deze film meer menselijk gemaakt. Maar wanneer je het boek niet hebt gelezen en de film los kan zien van de andere Lecter films is dat geen probleem. Het verhaal is en blijft pulpmateriaal voor een publieksfilm maar zolang het goede pulp is met een heerlijke cast en een regisseur die er niet voor terugschrikt zijn film te dresseren met gorescènes die het Weekend of Terror publiek in joelen zou doen uitbarsten, wil ik daar niet op afdoen.
Dr. Hannibal Lecter is in de afgelopen tien jaar uitgegroeid tot een horrorlegende van formaat. Hij past zonder meer in het rijtje grote horroriconen van het witte doek. Dit is niet zozeer te danken aan zijn eerste optreden in de jaren 80 (in het obscure Manhunter), maar aan zijn doorbraak een decennium later in Silence of the Lambs. Hierin geeft Anthony Hopkins een vertolking van de psychiater/psychopaat, die het midden houdt tussen angstwekkend en ongeloofwaardig. Zijn rol wordt echter groots door de strijd over het 'vaderschap' van FBI agente Clarice Starling, die hij voert met het hoofd van de FBI, Jack Crawford.
In Hannibal worden Clarice en Hannibal weer in elkaars armen gedreven. Hannibal heeft zich een tijdje rustig gehouden in Florence, maar komt opnieuw in actie als een corrupte Italiaanse politieagent hem op het spoor komt. Deze is uit op een vette bonus voor de opsporing, die hem in het vooruitzicht is gesteld door een slachtoffer van Lecter die het kan navertellen, de puissant rijke en extreem verminkte Mason Verger. Nodeloos om te vertellen dat dit niet zonder enig bloedvergieten vergaat.
In een film uit de jaren zeventig van de illustere Troma studio worden hersens uit een schedel geslurpt met een rietje. Dat klinkt bizar en te onsmakelijk voor woorden. En dat is waarschijnlijk de reden dat de film destijds alleen in een enkele achterafzaal in de buurt van 42nd street in New York vertoond is. En toch moet je de invloed van handige marketing, aantrekkelijke belichting en wat acteurs van naam nooit onderschatten als het gaat om het doorbreken van taboes. Zo wordt het (voorlopig) laatste avondmaal van Hannibal en Clarice in de bioscopen over de hele wereld door miljoenen mensen bekeken die nooit enige weet zullen hebben van Bloodsucking Freaks, maar ik kan me niet ontrekken aan de indruk dat Troma baas Lloyd Kaufman voor een deel verantwoordelijk is voor het huidige succes.
Voor mensen die niet onmiddellijk aan blasfemie denken bij het idee van een vervolg op de heilig verklaarde (en enigszins overschatte) Silence of the Lambs of die teveel op het beter doortimmerde boek terugvallen valt er zeker te genieten van Hannibal. Niet zozeer aan het onwaarschijnlijke plot of de zich alleen nog in one-liners ("Okey Dokey") uitdrukkende Hannibal Lecter, alswel in het duivelse plezier waarmee de betrokkenen zich van hun taak kwijten. In een door Make up artiest Gregg Cannom ontwikkeld masker krijgt met name Gary Oldman de kans op ongekende wijze de show te stelen als Mason Verger. In een rol met een absoluut minimum aan bewegingsvrijheid en gezichtsuitdrukking weet hij een uitmuntend een ziekelijk geobsedeerd slachtoffer van Hannibal neer te zetten.